De Boheemse herder is een veelzijdig ras, daarom is het een vereiste om een ​​volledig gebit te hebben, wat ook de basis is voor een goede ontwikkeling van het ras. Daarom moet dit belangrijke kenmerk meer in detail worden geanalyseerd.

Na ruim 900 controles bij middelgrote rassen waaronder de Boheemse herder werd een overschot aan melktanden niet vastgesteld. Bij zowel de Boheemse herder als andere rassen van dezelfde grootte, ontstaan vanaf de leeftijd van 3 maanden openingen tussen de melktanden. Zodat bij controle van het gebit makkelijk de indruk kan ontstaan dat er een tand ontbreekt. Daarom is het raadzaam om de tanden te tellen.

Net als bij andere rassen, zijn er ook bij de Boheemse herder af en toe individuen die enkele tanden missen, dit is de zogenaamde oligodontie. De rasstandaard voor een Boheemse herder vereist een volledig gebit. (Oligodontie zou moeten worden toegestaan ​​en is dat vaak al ​​bij rassen met misvormde - neergeslagen of te smalle - schedels of kaken). Het vereiste van een volledig gebit bij gecontroleerde genetisch geleide fokkerij is geen doel op zich.

***Overgenomen uit de © Nederlandstalige editie van het boek van Jan Findejs, uitgegeven door Stichting ChodskyPes.

© Fotografie Mick Willemsen /  Madstudio

Meer uitgebreide artikelen en diverse onderwerpen over gezondheid zijn te vinden in de onlangs uitgegeven Nederlandse vertaling© door StichtingChodskyPes  van het bekende boek van Jan Findejs